Scholen die de subsidie Verbetering basisvaardigheden ontvangen, kunnen gebruikmaken van verschillende vormen van ondersteuning vanuit het Masterplan basisvaardigheden. Een van die ondersteuningsvormen is het begeleide leernetwerk. In deze begeleide leernetwerken staat samenwerken aan onderwijsverbetering van de basisvaardigheden centraal. Scholen uit dezelfde sector (primair, voortgezet en gespecialiseerd onderwijs) en uit dezelfde regio wisselen vanuit hun eigen schoolcontext hun praktijkervaring en kennis uit onderzoek uit.

Samenstelling begeleide leernetwerken

De leernetwerken zijn bedoeld voor scholen die geen individuele ondersteuning krijgen vanuit het Masterplan basisvaardigheden. Bij de start van een subsidietraject kunnen scholen zich aanmelden voor een leernetwerk in hun regio.

Er zijn per deelnemende school twee personen die kunnen plaatsnemen in het begeleide leernetwerk. Dat kunnen schoolleiders, ib’ers, coördinatoren, teamleiders of andere kartrekkers zijn, die zich vanuit hun functie inzetten voor de verbetering van het onderwijs op school – al dan niet specifiek als het gaat om de basisvaardigheden.

Opzet leernetwerk

Ieder leernetwerk bestaat uit vier tot zes scholen. De indeling gebeurt op sector (po, vo, go) en op regio. De scholen komen onder begeleiding van een onderwijscoördinator van het ministerie van OCW gedurende twee schooljaren bij elkaar. Daarbij bezoeken zij steeds een van de deelnemende scholen. De deelnemers worden meegenomen in de vraagstukken van de school, delen inzichten, onderzoek en ervaringen, kijken mee in de klas en leren zo van en met elkaar.

"Een kijkje in de keuken bij een collega-school is super leerzaam."

Evidence-informed werkwijze

Bij de leernetwerken wordt een praktisch denkmodel gebruikt: de theory of action. Dit model is gebaseerd op de theorie van Argyris en Schön (1978). . Het geeft de deelnemers aan de begeleide leernetwerken inzicht in hun rol bij het realiseren van de gewenste verandering in de klas. Om tot een onderbouwde aanpak te komen is het nodig om een vraagstuk steeds aan te scherpen. Dat kan op basis van:

  • Praktijkkennis,
  • kennis over de eigen schoolcontext en leerlingpopulatie en
  • wetenschappelijke kennis over het vraagstuk

Dit wordt evidence-informed werken genoemd.

Scholen die de subsidie Verbetering basisvaardigheden 2025 (VBV25) hebben ontvangen, kunnen vanaf dit jaar weer deelnemen aan de begeleide leernetwerken. Lees hier meer over de aanpak en aanmeldprocedure.