'Met een taalrijke leeromgeving als basis is er ook een betere aansluiting met de bovenbouw’

Hoe voorkom je taalachterstanden op een school met veel leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond? Door al vroeg te zorgen voor een taalrijke leeromgeving. IKC Frankendael in Amsterdam zet daarbij in op samenwerking met het kinderdagverblijf in de school. Die samenwerking moet naast een gezamenlijke taalaanpak ook zorgen voor een betere doorstroom naar en in de school. ‘Een goede basis biedt het kind gewoon betere kansen’, aldus directeur Maarten van Essen en adjunct-directeur Pieter Danes. 

Pieter Danes en Maarten van Essen

IKC Frankendael is een integraal kindercentrum in de Transvaalbuurt in Amsterdam-Oost. De oecumenische school biedt samen met kinderopvang ‘De Kleine Wereld’ een volledig aanbod voor kinderen van 0-12 jaar. Frankendael is onderdeel van stichting AMOS, een groep van 28 scholen in Amsterdam, geworteld in de christelijke traditie. Er is een bibliotheek, techniek-, speel-, en gymlokaal. De meeste kinderen op deze school hebben een niet-westerse migratieachtergrond. Uit eigen onderzoek blijkt dat veel kinderen thuis Nederlands als tweede taal gebruiken. De school heeft daarom het afgelopen jaar extra ingezet op het taalonderwijs in de kleutergroepen, waaronder woordenschatdidactiek.

‘De onderbouwcoördinator van beide locaties is een dag in de week vrijgemaakt om met ons team naar een aanpak voor twee jaar te kijken.’

Maarten: ‘We hebben daarbij specifiek met een externe partner gekeken hoe we in de onderbouw een rijke leeromgeving kunnen aanbieden. Hoe zorgen we dat ieder kind ‘ondergedompeld’ wordt in de nieuwe taal? Dit onderzochten we met het hele team aan de hand van literatuuronderzoek en studiedagen. Vervolgens is de onderbouwcoördinator van beide locaties een dag in de week vrijgemaakt om samen met ons lerarenteam te kijken naar een aanpak voor de komende twee jaar, te beginnen bij de kleuters.’

Thema-onderwijs

De school werkt daarnaast veel in blokken met in bijna alle groepen hetzelfde thema. Maarten: ‘Met thematisch onderwijs verdiepen de kinderen zich meer in verschillende onderwerpen omdat die steeds aan bod komen. Bij al die thema’s kun je ook de taalontwikkeling stimuleren. Dus niet alleen bij taallessen, maar ook bij wereldoriëntatie, geschiedenis en rekenen, dat meestal eerst talig begint om daarna bij de rekenuitwerking te komen.’ 

Hij vervolgt: ‘Zo zijn we net met het thema Geschiedenis begonnen. Als er in de onderbouw wordt voorgelezen, gaat het dus over geschiedenis. Groep 2 behandelt momenteel het Sinterklaasfeest en ook dat kun je spelenderwijs in een historisch perspectief plaatsen. Voorkennis en kennis van de wereld zorgen ervoor dat kinderen sneller en beter taal tot zich nemen en er een ruimere woordenschat wordt aangeboden en aangeleerd. Daarnaast gaan de kinderen bijvoorbeeld na het voorlezen in de kring, de themaverhalen in de speelhoeken weer naspelen. Thema’s sluiten we feestelijk af, waarbij we ook de ouders uitnodigen naar school te komen. Zo zien ze wat hun kind op school heeft geleerd en betrekken we hen meer bij de school. Vaak gaan ze daardoor ook als vrijwilliger op school meehelpen.’ 

Pieter: ‘We werken nu met klankonderwijs. Voorheen leerden de kleuters elke week een nieuwe letter of klank aan van het alfabet. Nu krijgen ze in ons klankonderwijs om de dag een nieuwe letter of nieuwe klank aangeboden. Zo oefenen ze in een kwartier heel veel met klanken en letters. We zijn er dit schooljaar mee begonnen en verwachten daar dan in groep 3 resultaten te zien. We gaan dit monitoren in groep 2.’ 

Samen lessen voorbereiden

‘Het is heel belangrijk dat de leerkracht goede instructies geeft aan de kinderen’, benadrukt Pieter. ’Daarin trainen wij onze leerkrachten ook veel. Ook dragen we daarbij veel theoretische kennis over. We staan stil bij hoe kinderen in de onderbouw informatie verwerken. Hoe komt wat jij ze als leerkracht leert van het kortetermijngeheugen in het langetermijngeheugen terecht? Dat doen we samen met de leerkrachten van de andere locatie. Daarnaast gaan we meteen heel praktisch met de geleerde theorie aan de slag en bereiden we samen de lessen van de volgende week voor. Ook zijn er nagesprekken met het team, om te kijken hoe de vertaalslag is gegaan en of er nog iets is waar ze tegenaan lopen. Je kunt wel hele colleges organiseren, als het niet meteen in de praktijk wordt gebracht zijn de meesten door drukte een week later de helft van het geleerde alweer vergeten.’ 

‘Daarnaast gaan we meteen heel praktisch met de geleerde theorie aan de slag en bereiden we samen de lessen van de volgende week voor.’

‘De Inspectie reageerde ook zeer enthousiast over de manier waarop wij hier de zaken oppakken met ons team en heel praktisch aan de slag zijn gegaan’, vertelt Maarten verder. ‘We hadden de luxe om iemand van buiten voor twee dagen in de week naar onze school te halen, die als coach optrad om iedereen in de nieuwe plannen mee te nemen. Het ging daarbij niet alleen om luisteren, maar vooral ook om veel samen oefenen. Dat kregen wij ook van de Inspectie terug als compliment, dat leraren aangeven dat ze zich serieus genomen voelen. Daar gaan we dan ook mee verder.’ 

Samenwerking voorschool

Volgens Maarten is de echte winst in de toekomst te behalen in de samenwerking met de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Maarten: ‘We zorgen nu al voor gezamenlijke activiteiten en laten kinderen van de voorschoolse opvang meedraaien in groep 1 en 2. Dat vergemakkelijkt de overgang van de peuter- naar de kleutergroep. Dat willen we verder verbeteren door samen te werken met onze nieuwe kinderopvangpartner. Zo willen we in beide groepen eenzelfde inrichting aanhouden, omdat herkenning zo belangrijk is voor deze leeftijdsgroepen. Maar de focus ligt nu eerst op ons eigen onderwijs. Wij adviseren ouders die zelf gebrekkig Nederlands spreken, om hun kind thuis in de eigen taal voor te lezen. Of met het kind in de eigen taal te praten over wat het op school heeft geleerd. We weten uit onderzoek dat voorlezen in de eigen taal een kind helpt in de taalontwikkeling. Dat willen we de komende jaren verder uitwerken, in samenwerking met bijvoorbeeld de VoorleesExpress.’ 

‘We willen dat al ons lesmateriaal in verschillende talen in onze bibliotheek beschikbaar is.'

‘Een tweede stap is om het boek dat hun kind op dat moment op school leest, thuis in de eigen taal aan te bieden. We willen dat al ons lesmateriaal in verschillende talen in onze bibliotheek beschikbaar is. Dus dat een kind dat op school in het Nederlands wordt voorgelezen, datzelfde boek in het Arabisch of Engels uit de bibliotheek mee naar huis kan nemen. Goed begrijpend leren lezen heeft heel erg te maken met algemene kennis van onderwerpen. Door veel te lezen, neem je teksten veel beter in je op. Het is ook veel leuker om meer uitdagende boeken voor te lezen. Dat biedt een kind gewoon meer leesplezier.’ 

Tips van de school:

  • Maak scholingsmomenten praktisch en zorg ervoor dat het team meteen aan de slag kan. Maak daarom de lesvoorbereiding voor de volgende week onderdeel van je teamvergadering.  
  • Laat kleuters thuis voorlezen in hun eigen taal. Dat verhoogt hun algemene kennis. 

  • Laat de leerlingen zelf hun favoriete kinderboek uit de bieb kiezen. Dat zorgt voor leesplezier. 

  • Zet bij het voorlezen in de onderbouw oudere leerlingen van je school in. Samen lezen geeft meer plezier, geeft verbinding en leert kinderen al jong om elkaar te helpen. 

  • Investeer in de relatie met de ouders. Betrek ouders daarom bij de thema’s die je behandelt en maak ze er onderdeel van. Dat werkt beter dan een oudergesprek en motiveert ouders om wat meer vrijwilligerswerk op je school te doen.